Web-bob-a-loo-bop: popmuziek op het Internet
... this ain't the stone age, we don't have rocks in our hands.
Joe Jackson / Night and Day
Inleiding
Popmuziek -breed opgevat hier- vormt een belangrijk onderdeel van het culturele leven. Vandaar ook dat vanaf het begin van het Internet veel communicatie gewijd is aan dit fenomeen. Vooral Usenet kende en kent veel newsgroups op dit gebied, die te vinden zijn in de hiërarchiën alt.fan.*, alt.music.*, alt.rock-n-roll.*, rec.music.* en, voor Nederland, nl.muziek. Ook ftp archieven met songteksten, discografieën en gitaarakkoorden zijn wijd verspreid. Sinds de opkomst van World Wide Web is echter een stroom van nieuwe multimediale informatiebronnen ontstaan, onderhouden door allerlei mogelijke partijen in de muziek business. Een aantal van deze bronnen wordt hier besproken.
Startpunten en wegwijzers
Zoals voor zoveel onderwerpen geldt, is ook voor muziek het beste startpunt nog steeds Yahoo, en dan met name Yahoo - Entertainment:Music . Hier vindt men verwijzingen naar archieven, artiesten, componisten, hitlijsten, platenlabels, songteksten, instrumenten etc. Wie meer in een specifieke muzieksoort is geïnteresseerd kan beter direct beginnen bij Yahoo - Entertainment:Music:Genres. Aanknopingspunten variëren van A Capella tot World Music. Yahoo geeft vooral véél URL's, de kwaliteit èn de actualiteit ervan is echter sterk wisselvallig. Als tweede algemene bron is de WWW Virtual Library / Music link van belang. Deze verwijst door naar andere bronnen met meta-informatie, maar geeft ook directe links. Een zo'n belangrijke bron is The Ultimate Band List. Deze site is een typisch voorbeeld van de samenwerking van vele vrijwilligers die over het Internet gestalte krijgt. Bezoekers kunnen zelf gegevens invoeren met betrekking tot bands en artiesten, waaronder links naar gegevens die weer elders op het Internet zijn opgeslagen. Zo voert een zoektocht naar Bob Dylan naar een newsgroup en FAQ (Frequently Asked Questions), een WWW-site met sound-samples, ftp-sites met songteksten en gitaar-akkoorden en een tweetal WWW-sites gewijd aan de artiest. Een vergelijkbare service is de On-Line Music Database. Via verschillende ingangen kunnen gegevens van albums gevonden worden, waaraan o.a. commentaren toegevoegd kunnen worden. Vooral handig indien men meer wil weten over de produktie van een bepaalde artiest. De discografieën zijn echter niet uitputtend.
Artiesten en fans
Sinds er popmuziek bestaat, bestaan er fanclubs. Deze manifesteerden zich in het verleden voornamelijk middels magazines, variërend van uiterst professioneel tot ronduit groezelig en het organiseren van dagen. Het World Wide Web biedt aanzienlijk meer mogelijkheden. Een voorbeeld van een zeer verzorgde site opgezet door een fan is de Van Morrison home page van Michael Hayward. De plek biedt uitgebreide informatie, waaronder een uitputtende discografie met ook veel bootlegs en tips m.b.t. de aanschaf ervan. Informatie over de albums is weer gelinkt met songteksten en uiteraard zijn er sound-samples te horen en video-clips te halen. Daarnaast geeft de site links naar aanverwante plekken op het Internet.
Een vergelijkbaar voorbeeld is de Pat Metheny home page. Deze bevat ook een uitgebreide discografie (inclusief bootlegs) met soms uitgebreide en kwalitatief goede besprekingen, tour-informatie, gegevens over de instrumenten, waaronder een complete instructie voor gitaristen hoe de specifieke Pat Metheny sound kan worden gereproduceerd, officieuze transcripties van de niet eenvoudige muziek, de teksten van interviews met Pat Metheny en een keur aan beeld- en geluidmateriaal.
Naast fans die WWW sites onderhouden zijn er ook bands zelf die op deze manier contact met hun fans onderhouden. Het bekendste voorbeeld zijn de The Rolling Stones. Opvallend aan de Stones-server is de snelle respons, ondanks het gegeven dat dit een druk bezochte server is. Waarschijnlijk is dit te danken aan sponsor Sun Microsystems. De informatie heeft vooral betrekking op de lopende Voodoo Lounge tour en bestaat uit tekst, foto- en videomateriaal en uiteraard soundclips. Ook is er de mogelijkheid om online merchandise aan te schaffen. De Stones hebben een fijne neus voor het interactieve karakter van het Net. Fans kunnen materiaal uploaden en vragen stellen aan de band. Overigens gaan de Stones hierin heel ver. Zo vertelt Mick Jagger in een recent interview in Oor dat de uiteindelijke keuze van de nummers voor het recente album Stripped (voornamelijk semi-akoestische versies van oude Stones-hits) mede is bepaald door fans die hun voorkeuren via Internet kenbaar konden maken.
De St. Alphonzo's Pancake Homepage is het geesteskind van de Nederlander Robbert Heederik. Deze digitale thuishaven van elke rechtgeaarde Zappa adept is conform 's mans muziek uiterst zorgvuldig en strak gestructureerd en rijkelijk voorzien van alle mogelijke toeters en bellen. Zo is er naast de gebruikelijke discografie, videografie, album covers, songteksten, interviews en artikelen, audio en midi files, film en fotomateriaal, gitaarakkoordenschema's en FAQ's eveneens plaats ingeruimd voor speciale FZ-projecten, bootlegs en track listings van aankomende en recent uitgebrachte releases, waaronder die van de onlangs bij het label Rykodisc uitgebrachte verzameling van 53 CD's, omvattende de gehele muzikale nalatenschap van Zappa. Ook biedt de site tijdelijk audio files van een in Antwerpen gehouden Zappa tribute, The Purple Cucumber genaamd. Heederik laat de Pancake Homepage openen met een van dag tot dag wisselende Zappa one-liner.
Ook van Nederlandse makelij is de site van de gothic metalband My Dying Bride. Anders dan hun melodieuze, ietwat gezwollen muziek doet vermoeden, is hier sprake van een sobere doch informatieve homepage, uiteraard voorzien van foto- en geluidsmateriaal, tourdata en verwijzigingen naar andere, verwante sites.
De in het Verenigd Koninkrijk uitermate populaire current retroband Oasis kent naast een aantal homepages verzorgd door toegewijde fans, eveneens een moeilijk bereikbare (de tol van de roem?) Official Homepage. De pagina is ronduit rommelig vormgegeven, doch het informatiegehalte is alleszins behoorlijk. Naast tournieuws, persberichten, discografie, video en fotomateriaal, is er, zoals een goede Britse band betaamt, veel aandacht voor de fans. Middels informatie over de fanclub, de fanmail en een wedstrijd wordt het contact met het publiek nadrukkelijk gezocht. De band meent haar homepage daarnaast, eveneens naar goed Britse poptraditie, te moeten sieren met de grootspraak van zanger Liam Gallagher: "If you want a circus, go to the circus. I can't jump about when I'm trying to sing songs. It works for Mick Jagger, but it's not for us".
Platenmaatschappijen
Inmiddels hebben ook platenmaatschappijen de commerciële mogelijkheden van het Web ontdekt. Vier grote en twee kleine labels komen hier aan bod. Allereerst Sony, dat inmiddels is uitgegroeid tot een ware multimedia-gigant. De plek geeft niet alleen informatie over de muziek-activiteiten van het concern, maar ook over consumenten-elektronica, films en homevideo, spelletjes waaronder uiteraard het Playstation etc. Voor wat betreft muziek is er een complete catalogus die echter na de spectaculaire openingspagina's nogal knullig overkomt, slechts een lijst gesorteerd op artiest in pure ASCII tekst. De tien Featured Artists genieten wat dat betreft meer voorrechten. Van Mariah Carey bijvoorbeeld zijn beeld- en geluidclips beschikbaar, alsmede de persberichten die de uitgave van recente opnames begeleidden.
Een vergelijkbare aanpak kan worden aangetroffen bij Warner Bros. Zesendertig artiesten, waaronder the artist formerly known as Prince of, in smiley-notatie, O(+> , worden met tergend langzaam ladende image-maps in de kijker gezet. Het informatie-gehalte is echter vrij laag. Ook Virgin Records heeft een server met vrij summiere, maar snel beschikbare informatie, waaronder soundclips.
Een voorbeeld van een op de Nederlandse markt toegesneden site is EMI / online. Een News-afdeling geeft informatie over recente releases, terwijl ook ingangen op genre beschikbaar zijn. Deze gaan door op artiest waarbij audio-samples beschikbaar zijn. Ook is er een afzoekbare catalogus, welke echter alleen de beschikbare albums laat zien.
Een klein, maar zeker interessant label is de Knitting Factory. Op de server van de Knitting Factory is overigens ook informatie over de avant garde jazzclub van dezelfde naam in New York te vinden. Directe toegang tot informatie over uitgaven van de platenmaatschappij is te vinden via Knitting Factory:Label. De Knitting Factory valt op door de geïntegreerdheid van de informatie. Informatie over artiesten is uitgebreid en geeft links naar informatie over hun albums en hun tournees. Overigens is het mogelijk direct CD's te bestellen, zij het dat deze mogelijkheid nu juist niet gelinkt is vanuit de catalogusrecords. Betalen kan via creditcard, zij het over een onbeveiligde lijn, maar ook door gebruik te maken van een Amsterdamse bankrekening.
Voor liefhebbers van dance dient Big Bro Media genoemd te worden. Deze site linkt door naar diverse independent labels op dit gebied. De informatie bij de meeste labels is echter beperkt tot tekst en plaatjes.
Elektronische tijdschriften
Het euvel, of misschien juist de charme, van de traditionele popmuziekbladen als New Musical Express, Oor of WATT is, dat wat beschreven wordt, eigenlijk gehoord dient te worden. Deze link tussen geschreven woord en geluid, maar ook met statisch en bewegend beeld, wordt moeiteloos gerealiseerd in elektronische poptijdschriften. Een drietal van deze bladen wordt hier nader besproken.
Allereerst is dat Addicted To Noise (ATN). Dit Amerikaanse "most heavily read rock & roll magazine on the Internet", vierde onlangs, onder de bezielende leiding van hoofdredacteur Michael Goldberg, haar eenjarig bestaan. Op de formule van het befaamde Rolling Stone geënt en gebruikmakend van een veelheid aan kleurrijke foto's, graphics en samples weet ATN een uitermate professioneel product neer te zetten. De coverstory van het afgelopen decembernummer betrof Cypress Hill en haar nieuwe CD Temples of Boom. Daarnaast zijn er CD- en concertbesprekingen (oa van Lenny Kravitz en Green Day - uiteraard voorzien van samples, een negental columns, features van de Smashing Pumpkins leden D'arcy en Iha en Yo La Tengo, een boekbespreking van "The Sex Revolts: Gender, Rebellion and Rock N' Roll" van Simon Reynolds en Joy Press (Harvard University Press, 1995) en een rubriek "I Robot" genaamd, die zich bezighoudt met muziek en technologie. Het item "Music News of the World" vindt alom waardering en is in een betrekkelijk korte tijd uitgegroeid tot een informatiebron van formaat, waarvan gerenommeerde traditionele muziekbladen graag gebruik maken. Beeld en geluid vormen een integraal onderdeel van de tekst. In deze zin is samenwerking met de grote muziekdetaillist Tower Records dan ook niet vreemd. De lezers / kijkers / luisteraars worden zo in de gelegenheid gesteld CD's van artiesten aan te schaffen die zij in het tijdschrift zijn tegengekomen. Alle voorgaande afleveringen zijn in hun geheel opvraagbaar en er is een zoekfunctie op de algemene index, waardoor bijvoorbeeld CD besprekingen makkelijk terug te vinden zijn.
Ten opzichte van het Belgische ultra * WWW Magazine lijkt ATN echter bijna gelikte mainstream. Zowel qua muziekkeuze als qua vormgeving wordt een alternatieve, meer gedurfde richting ingeslagen. Verpakt in een sobere en strakke, doch uiterst smaakvolle grafische setting, passeren in de eerste editie, alternatieve muziek (zoals te vinden in het gedrukte, eveneens Belgische, Rif Raf), reizen en film de revue. Interviews met ondermeer Steve Albini en de Lordz Of Brooklyn worden gevolgd door het item Fresh Meat waarin bands zonder platencontract zich voorstellen aan het publiek. Natuurlijk worden liveconcerten (van oa Triptych, Railroad Jerk en Bailter Space) en CD's ( van oa Test Department, The Apemen en Palace) alsook CD singles uitgebreid besproken en bestaat de mogelijkheid soundfiles te beluisteren. Ook is er een rubriek Zine Section opgenomen, waarin een achttal alternatieve hardcopy fanzines, underground tijdschriftjes, uit binnen- en buitenland worden getoond en gerecenseerd. De film Doom Generation wordt aan het publiek voorgesteld, alsook de reisgids Rough Guide To London. Deze nieuwe loot heeft zonder meer potentie. Een klein minpunt wordt gevormd door de tweetaligheid. De bijdragen verschijnen willekeurig, niet zoals te verwachten in een Belgisch tijdschrift, in de Nederlandse of Franse, maar in de Nederlands of Engelse taal. Eenduidigheid zou wenselijk zijn.
Ergens tussen Adicted To Noise en Ultra in, moet het derde elektronische tijdschrift geplaatst worden. POP-i Music Magazine kent een fraaie en fijnzinnige open vormgeving, enigszins vergelijkbaar met Ultra. Het publiek waar men zich op richt moet echter gezocht worden in ATN contreien. De interviews onder andere met Teenage Fanclub en Little Feat worden begeleid door RealAudio samples (waarover zo meteen meer). De nieuwste CD's van onder andere Paul Weller, Randy Newmann en Mike Watt worden gerecenseerd en voorzien van soundsamples, fotomateriaal en Quick Time video. Men biedt lezers daarnaast de mogelijkheid live met elkaar te discussiëren in zogenaamde Chat Rooms. Multimedia in optima forma. Evenals bij Ultra zou een snellere server echter geen overbodige luxe zijn.
Nederlandse podia
Veelal voortgekomen uit het jongerenwerk begin jaren '70, hebben de Nederlandse podia zich weten te ontwikkelen tot professionele instituten, die in weinig meer doen denken aan de donkere, met afgedankte tapijten beklede huiskamers van weleer. Op velerlei wijzen tracht men de potentiële bezoekers te attenderen op het aanbod. Naast flyers, programmabladen, posters, advertenties in dag-, opinie- en vakbladen en radiospotjes bij regionale omroepen hebben enige zalen ook het Internet als medium ontdekt.
Het Tilburgse Noorderligt, een van de zes grotere zalen naast Paradiso, Melkweg, Tivoli, 't Paard en Nighttown, plaatste anderhalf jaar geleden als eerste haar maandprogramma voorzien van aanvangstijden, entreeprijzen en korte biografieën van de optredende artiesten, op de nieuwsgroep nl.muziek. Het Nijmeegse Doornroosje volgde enige tijd later.
De mogelijkheden die het World Wide Web biedt werd door meerdere zalen aangegrepen zich te profileren. De Melkweg in Amsterdam opent met gepaste trots haar homepage met de introductie van zijn nieuwe, door Pepsi Cola gesponsorde, zaal The MAX. Naast informatie over muziek-programma, theater- en bioscoopvoorstellingen en exposities, worden de technische specificaties van het aanwezige P.A.- en monitorsysteem alsook van de belichtingsfaciliteiten breed uitgemeten. Zo kunnen tourplanners en technici achter hun PC in Seattle zien over welke technische voorzieningen en kwaliteiten de zaal die zij aandoen beschikt en kunnen zij hierop anticiperen. Wat de vormgeving van de Melkwegpagina's betreft moet gezegd worden dat enkele dermate druk aandoen dat de geboden informatie op de achtergrond dreigt te geraken.
Een uiterst smaakvol vormgegeven site wordt afgeleverd door het Nijmeegse Doornroosje. Uiteraard staat men stil bij de theatervoorstellingen, de dance-avonden en de concertagenda. Deze laatste is voorzien van biografieën en andere nuttige informatie zoals aanvangstijden, entreeprijzen, ticketverkoopadressen en, evenals The MAX, technische gegevens van de aanwezige faciliteiten. De concertagenda's van stadgenoot Staddijk, de Udense Nieuwe Pul en het Bossche Willem II zijn eveneens opgenomen, evenals verwijzingen naar andere Nederlandse podia op het Web. Met de link "How to get there" kan Doornroosje enige realiteitszin niet ontzegd worden.
Zeker het vermelden waard tenslotte zijn de homepages van De Effenaar in Eindhoven en zeer recent en fraai, Tivoli in Utrecht.
In de nabije toekomst zullen ook andere podia hun visitekaartjes op het Web gaan afgeven en zal ondermeer de mogelijkheid geboden worden tickets online te bestellen. Soundfiles van optredende artiesten zouden echter nu reeds menige homepage kunnen sieren, het Groningse Simplon is hier onlangs mee begonnen. In de iets verdere toekomst kan een concert gehouden in de Olympia te Parijs online worden beluisterd. De ambiance, intimiteit en intensiteit van een live concert kan echter slechts beleefd worden door fysieke aanwezigheid. Daar kan geen CD, video of PC tegen op.
22 mei 1996
Op een of andere manier is dit artikel een eigen leven gaan leiden in
Nederland en daarbuiten. Uit Groningen bereikte ons het verzoek om ook
Vera op te nemen bij dit onderdeel podia. Bij deze:
Vera Groningen
Telewinkelen
De eerste commerciële mogelijkheden die op het Web tot ontwikkeling kwamen betroffen postorderbedrijven. Op het Web kan een complete en up to date catalogus worden aangeboden en is het mogelijk de transacties direct financieel af te wikkelen met behulp van een credit card. Met name wie zich stoort aan de hoge Nederlandse CD prijzen kan zijn voordeel halen op het Web door CD's direct in de Verenigde Staten te bestellen. Twee bekende mogelijkheden zijn CDworld en CDnow. Beide sites hebben een zeer uitgebreid aanbod. Prijzen van CD's variëren van $ 13 a 14 voor een recente titel en bedragen circa $ 10 voor een midprice CD. Bij de huidige dollarkoers is dit zeker voordelig, zij het dat rekening moet worden gehouden met kosten voor shipping and handling. Uitgaande van een zending van 3 CD's is CDworld met $ 8.50 ruim voordeliger dan CDnow dat $ 13.50 rekent. CDnow wordt voordeliger bij grotere aantallen, maar dit wordt teniet gedaan door het proefondervindelijk vastgestelde gegeven dat zendingen boven $ 30 snel worden onderschept door de PTT en aangeslagen voor circa fl. 6 invoerrechten èn BTW. Door een grote bestelling te splitsen in een aantal kleinere wordt deze kans te verwaarlozen. Qua informatie steekt CDnow met kop en schouders uit boven CDworld, niet in de laatste plaats door de koppeling met de All Music Guide. Door gebruik te maken van de mogelijkheid van veel Web-browsers om twee windows gelijktijdig open te hebben kunnen de kostenvoordelen van CDworld echter makkelijk worden gerealiseerd met gebruikmaking van de gedetailleerde informatie van CDnow.
Wie op zoek is naar voordeeltjes op het gebied van CD's zou ook eens de Bargain Finder agent moeten proberen. Deze agent-software zoekt voor een titel prijs-informatie bij een aantal online music-stores en presenteert deze aan de gebruiker, die vervolgens direct kan doorklikken naar de betreffende aanbieder. Niet alle aanbieders laten overigens de agent toe zoals ook blijkt uit onderstaand voorbeeld:
Jagged Little Pill by Alanis Morissette:
$13.67 Emusic (Shipping starts at $1.99 first item, $0.49 each additional item.)
I had trouble shopping at GEMM. You may want to try browsing there yourself.
$ 15.97 IMM (Free shipping in 1-6 days; $2.95 handling charge for credit card orders)
$ 13.77 CDworld (Variety of shipping options, starting at $2.74 for first item.)
CDnow is blocking out our agents. You may want to try browsing there yourself.
NetMarket is blocking out our agents. You may want to try browsing there yourself.
I couldn't find it at Music Connection. You may want to try browsing there yourself.
CDLand is blocking out our agents. You may want to try browsing there yourself.
NB De links zijn uit dit voorbeeld verwijderd.
Het is duidelijk dat dergelijke agent-software een hele nieuwe dimensie aan online shoppen geeft.
Tot slot van dit onderdeel een Nederlands voorbeeld, MuziekWeb, dat nog duidelijk in opbouw is. De site biedt momenteel een online afzoekbare catalogus, terwijl ook een dagelijks overzicht van nieuwe aanwinsten wordt geboden. De catalogus is gebaseerd op de collectie van de Centrale Discotheek uit Rotterdam en bevat meer dan 100.000 titels. De mogelijkheid van online bestellen was op het moment van schrijven van dit artikel nog niet gerealiseerd.
Vastlegging, promotie en distributie
Sinds begin jaren tachtig digitaliseren platenmaatschappijen muziek. Zes jaar geleden kostte een 16 track digitale taperecorder nog circa $ 50.000. Tegenwoordig hoeft voor een modulair digitale eight-track recorder (waarvan 2 stuks eenvoudig te koppelen zijn) minder dan $ 4000 betaald te worden. De digitale techniek is dus relatief goedkoop geworden en binnen handbereik van de individuele muzikant. Deze wordt zo in staat gesteld de zolderkamer te transformeren tot een eigen multitrack digitale opnamestudio. Wanneer ook nog bedacht wordt dat huur van een professionele studio om en nabij $ 200 per uur kost, lijkt de keuze eenvoudig.
Het idealistische Internet Underground Music Archive (IUMA) biedt musici, genegeerd door de platenindustrie, de kans zich aan een breed publiek te presenteren. De veelal door de musici zelf opgenomen digitale demonstratietapes worden door IUMA in een grote database opgeslagen en, samen met gratis geluidssoftware, via het Internet beschikbaar gesteld. Zo'n 800 bands / musici uit een breed scala van muzikale genres hebben de database van IUMA inmiddels verrijkt met een song of songfragment en biografisch materiaal. Een enkeling heeft zelfs een compleet album in het archief weten onder te brengen. Ook enkele independent labels hebben een plaatsje weten te veroveren en er is een verzamel CD op de markt gebracht onder de titel Crunchy Smack. Sue Few verzorgt daarnaast twee keer per maand een column over promotie en bescherming van eigen werk.
In navolging van IUMA hebben ook anderen het Internet als promotie- en in de nabije toekomst zelfs als volwaardig distributiemedium weten te vinden. Cerberus Sound+Vision bijvoorbeeld exploiteert software, die via het Internet vrij wordt gedistribueerd en de mogelijkheid biedt tot bestelling en beluistering van geselecteerde tracks. De database is in opbouw en biedt plaats aan zowel platenmaatschappijen als bands, met of zonder platencontract. Naast uiteraard songs kan de database eveneens promotiemateriaal als graphics, foto- en filmmateriaal en driedimensionale animaties bevatten. Nog dit jaar hoopt men de Cerberus Digital Jukebox operationeel te hebben. Net als bij een traditionele jukebox betaalt de klant voordat hij de bestelde songs "in huis" krijgt. Daarvoor heeft hij echter al wel de gelegenheid gehad een gedeelte van de track kosteloos te beluisteren. De artiest of maatschappij bepaalt zelf de prijs per track die de klant dient te betalen.
Vastlegging, promotie en distributie van muziek was tot voor kort voorbehouden aan platenmaatschappijen. IUMA en Cerberus Sound+Vision met in hun kielzog vele anderen mengen zich nu in deze miljardenmarkt. Deze "bypassing of the traditional record distribution system" zal zeker niet de doodsteek voor de grote platenmaatschappijen betekenen, zoals wel eens wordt geopperd. Toch zullen de maatschappijen deze bedrijfjes, die slechts een fractie van de grote verdiensten (in de VS alleen al $ 9 tot 10 miljard op jaarbasis) voor zich opeisen, naast zich moeten dulden. Anticiperen op genoemde ontwikkelingen lijkt dan ook verstandig. Warner Brothers is inmiddels als eerste major op een bescheiden wijze met IUMA in zee gegaan.
Trends
In 1995 werd het voor PC bezitters mogelijk muziek van goede geluidskwaliteit direct online te beluisteren, in plaats van eerst files te moeten downloaden, veel geduld aan de dag te leggen, en vervolgens pas tot luisteren over te gaan. Deze "real-time delivery" werd gerealiseerd door Progressiv Networks m.b.v. de door haar ontwikkelde software RealAudio. Anderen volgden alras zoals Xing Technology. In eerste instantie bood RealAudio bijna AM kwaliteit. Afgelopen december werd echter de 2.0 versie uitgebracht, die bijna FM kwaliteit bezit. Op de Atlantic Records site kon m.b.v. deze techniek op 15 december de nieuwe single van Tori Amos in zijn geheel beluisterd worden. De nog steeds groeiende markt van online retailers was er vervolgens als de kippen bij om deze techniek in hun shops te implementeren.
Digitale techniek in combinatie met ontwikkelingen op het Internet en met name het WWW zorgt voor grote veranderingen in de promotie, distributie en verkoop van popmuziek. Met name de groei van de online retailers (cybersellers) en de muziekarchieven zorgen voor enige onrust bij de traditionele retailers / de platenzaak om de hoek en platenmaatschappijen. "Direct access to ears, eyes and opinions" zal hen niet onbewogen laten. Met name laatstgenoemde factor "opinions", welke de "the two-way potential of the pipeline" benadrukt, speelt hierbij een rol van betekenis.
WWW-technologie biedt zowel bands als fans meer mogelijkheden direct met elkaar in contact te treden zonder tussenkomst van platenmaatschappij en -handel. In een steeds meer gefragmenteerde popcultuur waar het aantal stromingen en sounds inmiddels duizelingwekkende vormen aanneemt kunnen bands toch een eigen niche vormen. Aan de fan de opdracht om zijn weg in deze jungle te zoeken. De activiteiten van diezelfde fans op het Internet zorgen echter weer voor overzicht. De intimiteit van het live concert wordt weliswaar niet geëvenaard, maar het contact tussen liefhebbers en idolen is in potentie directer dan ooit tevoren.
Roger Schmitz
Hans Roes
Bibliotheek Katholieke Universiteit Brabant
HTML versie van een artikel verschenen in EMNET / Nieuwsbrief Electronische Media. 10 februari 1996.